Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want hoe zoude ik optrekken tot mijn vader, indien de jongeling niet met mij was, opdat ik den jammer niet zie, welke mijn vader [41]overkomen zou. 41. Hebr. vinden; dat is, overkomen, wedervaren, bejegenen, ontmoeten; zie deze manier van spreken Ex.18:8; Deut.4:30; Esth.8:6; Job 31:29, enz. Dit ganse verhaal van Juda heeft het hart van Jozef zo geraakt en ontstoken, dat hij zich niet langer heeft kunnen bedwingen zonder te wenen, en zich aan zijn broeders te ontdekken.